Vruchtbaarheids behandelingen

Intra-uteriene inseminatie (IUI)

Een veel uitgevoerde vruchtbaarheidsbehandeling is de intra-uteriene inseminatie. Het is een simpele en pijnloze behandeling. Door middel van inseminatie worden zaadcellen direct in de baarmoeder (intra-utrien) gebracht. De behandeling wordt uitgevoerd als de zaadcellen niet van goede kwaliteit zijn of als ze moeilijk bij de eicel terecht kunnen komen. Of dit de juiste behandeling is voor jou zal met de huisarts moeten worden besproken, maar de behandeling is geschikt voor veel vrouwen.

Voor wie?


De behandeling is geschikt voor vrouwen tot 43 jaar die moeite hebben met zwanger worden. In de meeste gevallen wordt deze behandeling toegepast als de oorzaak van het moeilijk zwanger worden nog niet duidelijk is en bij wie het al meer dan twee jaar niet lukt om zwanger te worden. Er wordt voor een iui-behandeling gekozen als de spermakwaliteit niet optimaal is, dit betekent in de meeste gevallen te weinig beweeglijke zaadcellen. Ook kan de oorzaak zijn dat  de zaadcellen moeilijk bij de eicel kunnen komen, doordat de baarmoederslijmvlies een barrière vormt.

De behandeling

De eisprong


Een iui-behandeling kan toegepast worden met of zonder hormoonstimulatie van de eicellen. Wanneer de menstruatiecyclus en de hormoonhuishouding van de vrouw op orde is dan hoeft er geen stimulatie plaats te vinden. In dit geval rijpt er in de meeste gevallen één eicel. Wanneer de hormoonhuishouding van de vrouw niet in orde is dan wordt de behandeling gedaan met hormoonstimulatie om meer eicellen te laten rijpen. Dit wordt gedaan om de kans op een zwangerschap te vergroten. In plaats van één eicel worden er twee of drie eicellen gerijpt. De stimulatie zal met een kleine hoeveelheid gonadotrofine worden gedaan, een follikelstimulerend hormoon. De groei van de eicellen wordt goed in de gaten gehouden door middel van echo’s. Als de eicellen de juiste grootte hebben wordt de eisprong gestimuleerd door het toedienen van HCG. Na het plaatsvinden van de eisprong wordt de inseminatie uitgevoerd.
     

Nadat de eicellen zijn gerijpt moeten de zaadcellen bij de baarmoeder ingebracht worden om een zwangerschap te laten plaatsvinden. De inseminatie zal vlak voor de eisprong worden gedaan. Eén tot twee dagen voor de eisprong zal de hoeveelheid LH stijgen. Door het LH-gehalte te meten met behulp van een ovulatietest kan de eisprong berekend worden. Deze kan bij de apotheek gehaald worden.

Sperma opwerken


Als bekend is wanneer de eisprong zal plaatsvinden moet er voorafgaand aan de inseminatie sperma verkregen worden door de man. Dit moet de ochtend voorafgaand aan de behandeling gebeuren. Is de reistijd naar het ziekenhuis niet al te lang, denk aan minder dan een uur, dan kan dit thuis gedaan worden. Mocht de reistijd langer zijn dan zal hiervoor een speciale ruimte beschikbaar zijn in het behandelcentrum. De sperma moet in een steriel potje opgevangen worden die vanuit het ziekenhuis zal worden gegeven.          
     

Voor de behandeling zal de verkregen sperma worden opgewerkt. Dit houdt in dat de goede zaadcellen gescheiden zullen worden van de minder goede zaadcellen. De bewegende zaadcellen worden in de meeste gevallen als goed bestempeld. De goede zaadcellen zullen worden geteld en zal meer dan één miljoen moeten bedragen. Is dit niet het geval dan heeft de behandeling geen zin. Zijn er wel genoeg bruikbare zaadcellen dan zal de behandeling doorgaan. 
     

Met een aantal zaken moet de man rekening houden die de kwaliteit van het kunnen benadelen. Dit zijn bijvoorbeeld ziekten, vooral koorts heeft een negatief effect, of medicijngebruik. Daarnaast is het verstandig ongeveer twee tot drie dagen aan onthouding te doen voor de behandeling. Dit betekent dat er geen gemeenschap mag plaatsvinden om zo de kwaliteit van de sperma te verbeteren. Te kort of te lang onthouden kan een negatieve invloed hebben.

Inseminatie


Als de zaadcellen zijn bewerkt dan zullen die in een kleine hoeveelheid kweekvloeistof gezet worden. Hierna zal de inseminatie plaatsvinden, waarbij de zaadcellen de baarmoeder worden in gebracht. Dit wordt dicht bij de vrijgekomen eicel gedaan, zodat de eicellen niet zelf de weg naar de follikel hoeven af te leggen. De baarmoedermond is vaak moeilijk te passeren en op deze manier is er een grote kans dat de zaadcellen de eicel alsnog kunnen bevruchten. 
     

De inseminatie is een pijnloze en eenvoudige ingreep. Eerst zal er een spreider de vagina worden ingebracht, waarna een slangetje de baarmoederholte wordt ingezet via de baarmoedermond. Via het slangetje zal de kweekvloeistof met zaadcellen langzaam worden ingespoten. Dit zal in totaal een aantal minuten duren. Na de behandeling zal je tien tot vijftien minuten moeten blijven liggen, waarna je gelijk naar huis kunt vertrekken. Thuis mag je alle dagelijkse activiteiten direct weer hervatten. Het is mogelijk een klein beetje bloed- of vochtverlies te hebben na de behandeling, maar dit zal verder geen probleem vormen.

Geen inseminatie


Het kan voorkomen dat er niet door wordt gegaan met de inseminatie, omdat de behandeling niet zinvol blijkt te zijn. De inseminatie is niet zinvol als er teveel follikels gerijpt zijn, omdat de kans op een meerling te groot wordt. Bij de volgende behandeling zal er een kleinere hoeveelheid gonadotrofine worden toegediend. Daarnaast kan het voorkomen dat er geen rijping heeft plaatsgevonden. In dit geval zal er bij de volgende behandeling een grotere hoeveelheid gonadotrofine worden toegediend. Ook is deze behandeling niet zinvol als herhaaldelijk blijkt dat er niet genoeg bewegende zaadcellen worden aangetroffen. Een volgende stap zou eventueel een ivf-behandeling kunnen zijn.

Kans op zwangerschap


Na de behandeling zal er niet in alle gevallen bij de eerste poging een zwangerschap optreden. De kans is redelijk laag en ligt op ongeveer 9% per behandeling. Dit is ook afhankelijk van je leeftijd. Hoe ouder je bent hoe kleiner de kans op een geslaagde behandeling. Dit betekent dat in de meeste gevallen meerdere behandelingen nodig zijn. Voorafgaand aan de behandeling zullen er daarom ook meerdere inseminatiemomenten worden gepland. De inseminatie kan per menstruatiecyclus eenmaal plaatsvinden, dus één keer in de maand.
     

Na de behandeling is het niet de bedoeling dat je gaat menstrueren. Heeft er na 15 dagen nog geen menstruatie plaatsgevonden, dan is de kans groot dat je zwanger bent. Om hiervan zeker te zijn kan er een zwangerschapstest gedaan worden. Mocht je toch menstrueren dan is de behandeling niet gelukt en kan direct een nieuwe behandeling gestart worden.
     

De hoeveelheid behandelingen die van de voren gepland worden ligt aan de oorzaak van het moeilijk zwanger worden. Als de kwaliteit van de sperma van mindere kwaliteit is dan worden er meestal zes behandelingen gedaan. Wanneer de baarmoederslijmvlies een barrière vormt, door bijvoorbeeld een te lage zuurgraad, dan worden er meestal twaalf behandelingen gedaan. De hoeveelheid geplande behandelingen kunnen per persoon verschillen en kan afwijken van wat hierboven genoemd is. Gemiddeld is 30 tot 40% van de vrouwen na zes behandelingen zwanger.

Risico’s


Deze behandeling is zeer veilig en brengt nauwelijks risico’s met zich mee. Tijdens de inseminatie is er kans op een eileiderontsteking. De micro-organismen in de sperma kunnen namelijk een infectie veroorzaken, omdat de sperma niet kan worden gesteriliseerd. Bij 1 op de 200 behandelingen gebeurt dit. De kans is dus erg klein. De gevolgen van de ontsteking zijn buikpijn, toenemende vaginale afscheiding en koorts. 
     

Een andere risico is de verhoogde kans op een meerling. Bij stimulatie is er per cyclus 10% kans op een tweeling, dit is vooral afhankelijk van het aantal vrijgekomen follikels. Hoe meer follikels er zijn vrijgekomen hoe groter de kans op een meerling. In de meeste gevallen wordt de behandeling afgebroken als er teveel, meer dan drie, follikels zijn vrijgekomen.